Joey van Lith - Politie, Team De Waarden

Op De Wildeman en de SOBZ-bedrijventerreinen werken de ondernemers, gemeente, brandweer en politie intensief samen in het kader van het KVO (Keurmerk Veilig Ondernemen). Door die gezamenlijke aanpak heeft de politie bij een aantal incidenten snel actie kunnen ondernemen. Een gesprek met wijkagent Joey van Lith.


Sinds 2019 is Joey van Lith wijkagent in de stad Zaltbommel. Zijn werkgebied, naast wijken De Spellewaard en De Waluwe: de Zaltbommelse bedrijventerreinen. Met de ondernemers van die bedrijventerreinen werkt hij nauw samen in het KVO-team (Keurmerk Veilig Ondernemen), waar ook de gemeente Zaltbommel en de brandweer deel van uitmaken. Samen maken ze afspraken om de bedrijventerreinen veilig en schoon te houden.

Dat die aanpak succesvol is blijkt niet alleen uit het feit dat de bedrijventerreinen in 2021 opnieuw het keurmerk mochten ontvangen, ook bij allerlei incidenten wordt snel geschakeld en gehandeld. Joey: ‘Recent werd op De Wildeman afval gedumpt. Een ondernemer had het gezien en het kenteken genoteerd. Ook waren er camerabeelden. Via het bestuur van De Wildeman kwam de melding bij mij terecht. Anders dan bij bijvoorbeeld een inbraak hebben we hier geen officiële aangifte nodig om camerabeelden in te zien; er is sprake van een economisch delict. Door de korte lijnen had de dader ons twee dagen na het delict al aan de lijn. Zo snel kan het dus gaan als alle partijen, ondernemers, bestuur, beveiligingsbedrijf, gemeente en politie goed samenwerken. De dader is vervolgens afhankelijk van de strafeis van de Officier van Justitie en de beslissing van de rechter, maar heeft in ieder geval een strafblad te pakken. En als het een bedrijfsmatig delict is, kan de gemeente zelfs een bestuurlijke maatregel nemen.’

Het belang van aangiftes
‘Gaat het om een inbraak, dan hebben we wél eerst een aangifte nodig. Daarom hameren we altijd op het belang daarvan. Aangiftes helpen ook om bijvoorbeeld een patroon te herkennen. Er was laatst ineens een stijging van het aantal inbraken. De betrokken ondernemers hadden aangifte gedaan, dus wij konden snel de camerabeelden opvragen. Door de beelden met elkaar te combineren konden we zien dat het waarschijnlijk steeds dezelfde dader was én konden we zijn route in kaart brengen. Op die manier was het mogelijk om hem de laatste keer op te wachten en aan te houden. Waren die aangiftes er niet geweest, dan zou iemand wel kunnen zeggen: dit is de zoveelste keer al, maar dan hadden we met die beelden niks kunnen doen. Wat ook goed is om te weten: elke melding die wordt gedaan, wordt vastgelegd in het systeem; informatie gaat dus nooit verloren. Heeft iemand een vraag voor mij, dan krijg ik daar altijd bericht van en reageer ik binnen twee dagen. Laat het een keer een dag langer zijn, maar dat is alleen als dat even niet anders kan. Er blijft dus niks liggen.’

Het mooiste aan zijn vak? ‘De afwisseling. Ik weet ’s morgens vaak niet hoe de dag eruit gaat zien. Ook mijn brede netwerk vind ik leuk. Ik kan overal even binnenlopen, een praatje maken. In de wijken met de buurtbewoners, en op de bedrijventerreinen met de ondernemers. Korte lijnen, dat werkt gewoon heel goed. Op die manier kunnen we samen dingen snel voor elkaar krijgen. Zo houden we de omgeving, en dus ook de bedrijventerreinen, veilig en schoon. En kunnen we snel handelen als er onverhoopt toch iets gebeurt.’

Terug